Ziekte en genezing in de Bijbel

In dit artikeltje een aantal gedachten naar aanleiding van ziekte en genezing. In het eerste gedeelte volgt een globaal overzicht, daarna, in deel 2, worden enkele teksten besproken. Deze teksten halen we aan omdat we misverstanden hierover willen voorkomen.

Toen God de mens schiep was het zeer goed, Gen. 1: 31. Ik denk niet dat er in een zeer goede wereld ziekte was. Maar dat is wel veranderd, dit kwam door de zondeval. De mens werd ongehoorzaam aan God en dat veroorzaakte en veroorzaakt nog steeds onnoemelijk veel ellende. Scheiding tussen God en de mens, scheiding tussen de mensen onderling: Adam en Eva bemerkten (na de zondeval) dat ze naakt waren, Adam (als verantwoordelijke) gaf Eva de schuld van de ongehoorzaamheid en al snel volgden andere zaken, zoals moord, strijd en ziekte. De aarde was niet meer zeer goed en het ging en gaat van kwaad tot erger.

Door de zondeval werd alles op een gigantische wijze verstoord, je hoeft maar om je heen te kijken om te zien waartoe de zondeval heeft geleid: verschrikkelijke oorlogen, een aarde die wordt uitgeput, verruïneerd en misbruikt. Enorme zedeloosheid met alle gevolgen van dien, economische crises, epidemieën, ziektes waarvan men niet weet hoe die te bestrijden etc. Maar we kunnen ook dichterbij blijven om de verwoestende werking van de zonde te zien. Kijk maar eens eerlijk in uw/jouw eigen hart. We zijn er van overtuigd dat iedereen, ook christenen, met het schaamrood op de kaken zou staan als hun innerlijk, dus al hun verborgen niet uitgesproken gedachten, publiekelijk zouden worden blootgelegd. De wereld is sinds de schepping steeds verder van God afgedwaald.

Het werk van de Here Jezus is er op gericht ons te verlossen en bevrijden van de zonden. Daar had Hij alles voor over, zelfs Zijn leven! In de toekomst zal er geen zonde en ook geen ziekte meer zijn. Maar hoe zit dat nu in het heden? Als we om ons heen kijken dan zien we veel zieke mensen. Hoe zit dat, hoe kan dat? Kan God niet genezen? Is er te weinig geloof?

Vanaf de zondeval zijn er mensen ziek geweest tot op de dag van vandaag. Een enkele keer genas God mensen in het OT, zie bijv. Koning Hizkia in 2Kon. 20:5 ev. Koning Hizkia herstelde en mocht nog 15 jaar leven. Maar de algehele trend is dat er mensen waren die ziek werden en niet werden genezen. Dat veranderde toen de Here Jezus op aarde was om het Koninkrijk der Hemelen of het Vrederijk op te richten (Matth. 3:2). Tal van wonderen vonden toen plaats, zieken werden genezen, stormen werden gestild en enkele doden stonden op. Dit waren kenmerken van het Koninkrijk dat aanstaande was. Tekenen die horen bij het Koninkrijk wanneer de Koning vanuit Jeruzalem regeert op aarde.

Het Joodse volk zat, in zijn algemeenheid, echter niet te wachten op dit Koninkrijk, ze hadden zo hun eigen interpretatie van dat koninkrijk. Hij werd verworpen en gekruisigd. Johannes 1:11 “Hij kwam tot het zijne (Joodse volk), en de zijnen hebben Hem niet aangenomen”. Het Koninkrijk der hemelen werd uitgesteld c.q. opgeschort en de periode van de genade/gemeente begon. Dat, de gemeente tijd, is de tijd in Gods plan der eeuwen waarin wij nu leven. De Koning is verworpen en het Koninkrijk met de daarbij behorende genezingen is uitgesteld/opgeschort. Nadat de gemeente is opgenomen breekt de tijd van de grote verdrukking aan en aan het einde van de grote verdrukking zal de Here Jezus terugkeren naar de aarde om Zijn (nu nog verborgen) Koninkrijk op te richten. Dat zal ook weer gepaard gaan met tekenen, wonderen en genezingen.

Bovendien zijn wonderen en tekenen bedoeld om Gods Woord in tijden van grote veranderingen te bevestigen. Dit zien we bij de uittocht uit Egypte, bij de 1e komst van de Here Jezus op aarde als Hij van plan is het Koninkrijk der hemelen op te richten, bij het begin van de gemeenten en straks ook bij de wederkomst op aarde als het Vrederijk wordt opgericht. Op de zendingsvelden zien we grote wonderen gebeuren, met name wonderen van bevrijding en verlossing, maar ook wonderen van genezing. Dit zijn wonderen die God laat gebeuren in deze tijd en die bevestigen de waarheid van Gods Woord. Waarom wel wonderen op zendingsvelden en veel minder bij ons? Dat heeft te maken met Gods soevereiniteit.

Maar hoe zit het dan in deze tijd, de tijd waarin wij nu leven. We denken dat deze tijd zich minder kenmerkt door wonderen en genezingen, dat komt wel weer. Gedurende de tijd van de gemeente zijn genezingen veel minder prominent aanwezig dan toen de Here Jezus kwam om Zijn Koninkrijk op te richten.

Heeft het dan geen zin nu te bidden voor genezing en herstel? Geneest God dan niet in deze periode van de gemeente? God kan zeker genezen en Hij doet dit ook als dit past in Zijn plan, maar dan gaat het vaak over specifieke individuele situaties. Het is daarom zeker goed te bidden om genezing, maar we moeten ook beseffen dat God soeverein is. Wel of niet genezen moeten we aan Hem overlaten. Bovendien is genezing of bevrediging van onze grootste verlangens niet het aller belangrijkste. Het belangrijkste is dat God tot Zijn doel komt in ons leven. Hij kan ziekte gebruiken (en Hij doet dit ook vaak) om ons dichter bij Hem te brengen. Nood leert bidden is een spreekwoord en zo is het ook. Juist moeilijkheden drijven ons dichter naar Hem toe. In de ziekte kan Hij ons soms gebruiken tot Zijn eer. We lezen over diverse zieken in de Bijbel: Jacob, Gen. 48:1, Elisa, 2 Kon. 13:14, Hizkia, 2 Kon20, Daniel, Dan. 8:27, zelfs ziek agv een visioen van God!, Epafroditus, Fil. 2:27 en 30, Trofimus, 2 Tim. 4:20, Timotheüs, 1 Tim. 5:23, Lazarus, Joh. 11:2 en 4, deze ziekte was zelfs tot verheerlijking/grootmaking van God. Van niemand van deze genoemde personen lezen we dat hij een te klein geloof had en daarom niet werd genezen ook werden deze mensen niet door een wonder genezen, m.u.v. Hizkia die er nog levensjaren bij kreeg, maar toen alsnog stierf.

Moeten we alleen op God vertrouwen en geen gebruik maken van artsen en geneesmiddelen? Dat lijkt ons niet de juiste weg. Er zijn meerdere teksten die aangeven dat dit soms wel verstandig is. Jeremia 30:13 “voor een gezwel zijn er nog geneesmiddelen”. Paulus adviseerde Timotheüs wat wijn te drinken “1 Timotheüs 5:23 Drink voortaan niet alleen water, maar gebruik een weinig wijn voor uw maag en voor uw gedurige ongesteldheden.”. De Here Jezus Zelf vertelde een gelijkenis waarin iemand werd verbonden en waar olie en wijn ter verzachting/genezing in de wond werd gegoten. Luc. 10:34. Lucas was een arts en nergens wordt hem geadviseerd maar met zijn beroep te stoppen. Gebruik maken van voortschrijdende kennis in de medische wereld is prima. We gebruiken nu toch ook elektrische verlichting i.p.v. een olielampje zoals in de oude tijd? En we lopen toch ook niet meer in de kleding volgens de mode uit het jaar 30? Het wordt echter anders als we alles verwachten van de medici. Onze hoop moet in de eerste plaats op Hem zijn gevestigd en niet op genezing. Een dokter bezoeken kan natuurlijk heel goed zijn, maar het is verstandig om geestelijk goed voor je zelf te zorgen, fysiek verstandig bezig te zijn, door te bewegen etc. Als we dan toch ziek worden en God in onze ziekte gezocht hebben, misschien ook wel gevast hebben, en er komt geen verbetering dan kunnen we de dokter bezoeken. Soms lijkt het of de dokter voor alles gaat en als het ware in de plaats van onze hemelse Vader komt, dat lijkt ons niet de juiste volgorde.

Tot slot dit vers: Jesaja 63:9 “In al hun benauwdheid was Hij benauwd”. We kunnen te maken krijgen met benauwdheid, met ziekte. Maar dan mogen we op grond van Gods Woord weten dat Hij in de benauwdheid met ons zal zijn, net zoals Hij bij ons is als we door een dal van de schaduw van de dood gaan. Of in NT bewoordingen: “in”, d.w.z. temidden van allerlei moeilijkheden, dit alles zijn we meer dan overwinnaars, door Hem Die ons liefgehad heeft”, Rom. 8:37. Wij hebben een Heiland die Mens is geweest en in alle omstandigheden met ons kan meevoelen én meelijden. Zijn eeuwige armen zijn onder ons.

Ziekte en genezing in de Bijbel , deel 2

In dit tweede deel over ziekte en genezing worden een aantal teksten die vaak worden genoemd als het over dit onderwerp gaat kort besproken.

Jes. 53:3-5 Hij was veracht en van mensen verlaten, een man van smarten en vertrouwd met ziekte, ja, als iemand, voor wie men het gelaat verbergt; hij was veracht en wij hebben hem niet geacht. 4 Nochtans, onze ziekten heeft hij op zich genomen, en onze smarten gedragen; wij echter hielden hem voor een geplaagde, een door God geslagene en verdrukte. 5 Maar om onze overtredingen werd hij doorboord, om onze ongerechtigheden verbrijzeld; de straf die ons de vrede aanbrengt, was op hem, en door zijn striemen is ons genezing geworden.

Bovenstaande tekst wordt gebruikt om te beweren dat door het lijden en sterven van de Here Jezus er is afgerekend met de ziekte, want: “onze ziekten heeft Hij op Zich genomen”. De redenering is dan: De Here Jezus is voor onze ziekten gestorven, Hij heeft dit op Zich genomen, wij hoeven dus als gelovigen niet ziek te zijn als we maar (voldoende) geloof hebben. Dit lijkt in eerste instantie een logische conclusie maar dit is het niet!

Het is goed om ook de voorafgaande verzen en het vers dat volgt te lezen. De verzen 2 t/m 5 uit Jesaja 53 beschrijven in een paar zinnen het hele leven van de Here Jezus op aarde. Het begint met “als een loot schoot Hij op uit dorre aarde” (zijn geboorte) en eindigt met de zin waarin staat dat Hij voor ons is verbrijzeld (Zijn dood aan het kruis). Bij zorgvuldig lezen blijkt dat de verzen 2/4 gaan over wat gebeurde gedurende Zijn leven hier op aarde. Vers 5 gaat over Zijn lijden en kruisdood. Vers 4 wat begint met “Nochtans” hoort bij de verzen 2 en 3, dus bij Zijn leven op aarde, en niet bij vers 5 wat betrekking heeft op Zijn kruisdood! Vaak wordt vers 4 gekoppeld aan vers 5, maar dat is niet correct. Drie argumenten hiervoor:

  1. Het woord “nochtans” geeft in de grondtekst aan dat het om een contrast/tegenstelling gaat. Juist Hij die een Man van smarten was en Hij die vertrouwd was met ziekte heeft onze zonden gedragen. Wanneer heeft Hij dat gedaan? We constateerden al in de verzen 2/4 dat deze betrekking hebben op de periode tijdens Zijn leven dat Hij predikte en genas op aarde. Dit heeft dus geen betrekking op Zijn verzoenend lijden werk aan het kruis.
  2. Bovendien wordt het feit dat Hij tijdens Zijn leven mensen genas bevestigd in het NT. Zie Matth. 8:16/17: “Toen het nu avond werd, bracht men vele bezetenen tot Hem; en Hij dreef de geesten uit met zijn woord en die ernstig ongesteld waren genas Hij allen,17 opdat vervuld zou worden, hetgeen gesproken werd door de profeet Jesaja, toen hij zeide: Hij heeft onze zwakheden op Zich genomen en onze ziekten heeft Hij gedragen.” Dit genezen deed Hij gedurende Zijn leven! Als Hij ziekte op Zich nam ging er kracht van Hem uit, Lucas 8:46 “want Ik heb kracht van Mij voelen uitgaan”. Concluderen dat de Here Jezus gestoven is voor onze ziektes en dat we daarom niet meer ziek zouden hoeven te zijn is dus niet correct!
  3. Vers 5 uit Jesaja 53 zegt Jesaja 53:5 “Maar om onze overtredingen werd hij doorboord, om onze ongerechtigheden verbrijzeld; de straf die ons de vrede aanbrengt, was op hem, en door zijn striemen is ons genezing geworden”. Hoe zit het dan met dit laatste stuk uit vers 5? Hierop geeft 1 Petr. 2:24 duidelijk antwoord, “die zelf onze zonden in zijn lichaam op het hout gebracht heeft, opdat wij, aan de zonden afgestorven, voor de gerechtigheid zouden leven; en door zijn striemen zijt gij genezen. Hier gaat het duidelijk om het herstel, de genezing van de zonden en niet om genezing van ziektes! Hij stierf voor onze zonden aan het kruis van Golgotha.

Marcus 16:14-18 Daarna verscheen Hij aan de elven zelf, terwijl zij aanlagen, en Hij verweet hun hun ongeloof en hardheid van hart, omdat zij hen niet geloofden die Hem aanschouwd hadden, nadat Hij opgewekt was. 15 En Hij zeide tot hen: Gaat heen in de gehele wereld, verkondigt het evangelie aan de ganse schepping. 16 Wie gelooft en zich laat dopen, zal behouden worden, maar wie niet gelooft, zal veroordeeld worden. 17 Als tekenen zullen deze dingen de gelovigen volgen: in mijn naam zullen zij boze geesten uitdrijven, in nieuwe tongen zullen zij spreken, 18 slangen zullen zij opnemen, en zelfs indien zij iets dodelijks drinken, zal het hun geen schade doen; op zieken zullen zij de handen leggen en zij zullen genezen worden.

  1. Het eerste wat opvalt is dat deze verzen zijn gesproken tot de apostelen die direct van Hem deze opdracht hebben gekregen. (vs. 14 “de elven” en vs. 15 “tot hen”) en vers 20 waar dit ook staat. Het zijn in het NT nagenoeg altijd de apostelen die deze wonderen en tekenen verrichtten. Zie Matth. 10: 5/8, Marc. 6:7 en 13. Joh. 14:12,Hand. 2:43, Hand. 5:12, Hand. 6:6 en 8, 16, Hand. 6:8, Had. 14:3, Hand. 19:11 (dit betreft Paulus die ook een directe opdracht van de Heer heeft ontvangen).
    Dat met name apostelen tekenen en wonderen konden doen wordt bevestigd door 1 Corinthiërs 12:12 “De tekenen van een apostel zijn bij u verricht met alle volharding, door tekenen, wonderen en krachten”. Dit was kennelijk typisch een kenmerk van apostelen. Zie ook Rom. 15:18/9
  2. Maar er wordt ook gesproken over “als tekenen zullen deze dingen de gelovigen volgen”, dat zijn in principe alle gelovigen. Deze tekenen en wonderen kunnen, als God dat wil, ook door hen worden verricht. Dat wil dus niet zeggen altijd en overal, maar wel als God het wil gebruiken ter bevestiging van Zijn Woord.

  3. Tekenen en wonderen werden gebruikt als bevestiging van Gods Woord. Dat is in vers 20 van Marcus 16 zo verwoord: “Doch zij gingen heen en predikten overal, terwijl de Here medewerkte en het woord bevestigde door de tekenen, die erop volgden”. Zie ook Hebr. 2:4: “terwijl ook God getuigenis daaraan geeft door tekenen en wonderen en velerlei krachten en door de Heilige Geest toe te delen naar zijn wil”. In de tijdsperiode waarin de Here Jezus en de apostelen leefden was er sprake van een gigantische omwenteling. Men had heel lang geleefd en rekening gehouden met de wet en toen werd het totaal anders want het evangelie werd verkondigd. Dat was een enorme ommekeer, daarom waren er toen zoveel tekenen. Dit was om deze radicale wijziging te bevestigen! In de loop van de Bijbelse NT Geschiedenis zien we dat het aantal tekenen en wonderen snel afneemt. In de brieven, die met name over de periode van de gemeente handelen, wordt er nauwelijks meer over gesproken.
    Straks bij de komst van het vrederijk, weer een grote verandering, zullen er ook weer tekenen en wonderen plaatsvinden om dit te bevestigen.

Mattheüs 21:21 Maar Jezus antwoordde en zeide tot hen: Voorwaar, Ik zeg u, indien gij geloof hebt en niet twijfelt, zult gij niet alleen doen wat met de vijgenboom is gebeurd, maar zelfs indien gij tot deze berg zegt: Hef u op en werp u in de zee, het zal geschieden.

Als we geloof hebben en niet twijfelen kunnen we bergen verzetten en in zee verplaatsen. Dan kunnen we dus ook zieken genezen als we geloof hebben en niet twijfelen. Het is goed om dit gedeelte nader te bekijken:

Wat aan dit gedeelte over de berg die in zee wordt geworpen voorafgaat is dat de Here Jezus is verworpen door de farizeeën en Schriftgeleerden. Er was een religieus systeem ontstaan wat volledig voorbij ging aan wat God had bedoeld. Het hart was niet op Hem gericht, het ging er om dat het er aan de “buitenkant” goed uitzag. Als men maar voldeed aan de wet. Het leek mooi, maar was innerlijk verdorven. Elders spreekt de Here Jezus over “want gij gelijkt op gewitte graven, die van buiten wel schoon schijnen, maar van binnen vol zijn van doodsbeenderen en allerlei onreinheid. (Matth. 23:27). Zó was het religieuze systeem geworden. Het leek mooi maar was van binnen verrot. Het was als een vijgenboom (Matth. 21:18) vol in het blad, zoals in Matth. 18 e.v. wordt genoemd, maar er was geen enkele vrucht aan. Het leek goed, maar juist de vrucht waas er niet! Daarom vervloekte de Here Jezus de boom, d.w.z. het Joodse religieuze systeem. Het religieuze systeem stond veraf van wat God beoogd had. Dat systeem, die religie zonder relatie, zou ook nooit meer enige vrucht dragen.

Dan volgt direct het gedeelte over de berg. Zoals de vijgenboom spreekt van Israël, zo spreekt ook de berg over Israël. Nadat de Here Jezus de vijgenboom/Israël heeft vervloekt volgt het volgende: Israël/de berg, wordt in zee geworpen. De zee is een beeld van de volkeren wereld. Nadat Israël de Here Jezus heeft verworpen, vervloekt Hij het religieuze systeem en verkondigt Hij hier dat Israël wegens hun ongeloof zal worden verstrooid onder de volken, zoals ook in het jaar 70 is gebeurd, de diaspora. Dit lijkt ons de meest plausibele en houdbare conclusie. Volhouden dat mensen, als er genoeg geloof is en geen twijfel, niet ziek hoeven te worden is, op basis van de andere in deze artikeltjes genoemde argumenten en gezien de hele menselijke historie waarin dit nog nooit is voorgekomen volgens ons niet houdbaar.

Een spanningsveld in het leven van een gelovige is enerzijds het Woord van God en anderzijds de wil van God in zijn of haar leven. Er zijn teksten die ons vertellen dat alles mogelijk is voor wie gelooft. Er zijn ook teksten die spreken over God die boven alles staat en Wiens gedachten hoger zijn dan onze gedachten. Zijn deze teksten dan met elkaar in tegenspraak? We denken van niet. Stel dat ik ziek ben en ik heb geloof en ik bid om genezing en het gebeurt niet, zou het dan niet zo zijn dat God een ander plan heeft. Wil Hij mijn ziekte misschien tot Zijn eer gebruiken?

Bij gebed om genezing is het zeer belangrijk eerst ons eigen hart te onderzoeken. Wat is mijn diepste motivatie? Bid ik omdat ik Hem wil vereren of bid ik omdat ik graag gezond wil zijn en nog verder wil leven? Maar het kan natuurlijk toch zo zijn dat al zijn mijn motieven niet helemaal zuiver ik toch door God wordt genezen. En het kan gebeuren dat, al zijn mijn motieven wel zuiver, ik toch overlijd. Belangrijkste is ons leven altijd volledig aan Hem over te geven, zodat Hij kan doen wat Hem behaagt. Niet mijn wil, maar Uw wil geschiede, in alles.

Hebreeën 13:8 Jezus Christus is gisteren en heden dezelfde en tot in eeuwigheid.

Ook deze tekst wordt gebruikt om te beweren dat men niet ziek hoeft te zijn, want Hij is altijd dezelfde. Als Hij in de tijd van de evangeliën genas dan doet Hij dit nu ook wordt gezegd. Nu is het waar dat God altijd dezelfde is, Hij is de onveranderlijke, eeuwige Rots bij Wie we altijd mogen schuilen. Maar Hij handelt wel eens anders, dat mag duidelijk zijn. Zijn handelen met het volk Israël ten tijde van de wet is totaal anders dan Zijn handelen met ons die tot de gemeente behoren en uit genade behouden mogen worden. Deze reden en de andere in deze twee artikeltjes genoemde redenen doen ons geloven dat God zeker kan genezen, maar dit niet altijd doet.