Genesis

Het boek Genesis is een bijzonder boek. Het is, samen met het boek Openbaringen, het meest bekritiseerde Bijbelboek. Zeker in het huidige “Darwinjaar” wordt Genesis aangevallen, zowel van buiten als van binnen de christenheid. Bij het overdenken van Genesis blijkt echter dat het een heel bijzonder boek is, dat geïnspireerd is door Gods Heilige Geest en waar we niet aan hoeven te twijfelen. In de geschiedenissen uit Genesis zien we soms tot op detail beschreven wat later is uitgekomen of nog zal worden vervuld en dát maakt Genesis zo’n bijzonder boek!

In de eerste plaats is Genesis, wat wording of oorsprong betekent, het boek van het begin. Het begin van de schepping, de mens, de eerste zonde, Gods weg naar herstel etc. Maar ook het begin van Israel, als we de geschiedenis van de aartsvaders lezen. In een aantal typen of voorafschaduwingen is het begin van de openbaring van de gemeente (Isaac en Rebecca, Jozef en Asnat) te herkennen of de vernedering én verhoging van de Here Jezus (geschiedenis van Jozef), de grote verdrukking waar Israel doorheen zal gaan (Ark in de zondvloed) en de opname van de gemeente (Henoch) en dan is deze opsomming nog lang niet compleet!

In de tweede plaats is Genesis ook het boek van de voortschrijdende openbaring. In Gen. 3 lezen we bijvoorbeeld over een dier dat geslacht wordt en Adam en Eva worden door God bekleed met de vellen van dit dier. In Genesis 4 gaat deze openbaring verder en lezen we dat het om een lam gaat, in Genesis 22 gaat deze openbaring nóg verder, want daar lezen we dat God Zichzelf een lam ten brandoffer zal voorzien, dit wijst natuurlijk op het komende offer van de Here Jezus, waar God Zelf in heeft voorzien. Via het Pascha in Exodus 12 en Jesaja 53 en totdat Johannes de Doper uitroept: “Zie het Lam van God dat de zonde van de wereld wegneemt” wordt ons steeds meer geopenbaard over het offer van de Here Jezus.

Ook de geschiedenissen van de aartsvaders tonen een steeds verdere openbaring van Gods plannen. De volgorde waarin deze geschiedenissen zijn beschreven is van belang. Vaak beperken we ons bij het overdenken van een geschiedenis tot één persoon, bijvoorbeeld Abraham, maar door het leven van elke aartsvader voegt God iets toe aan Zijn plannen.

Zo spreekt Abraham ons van de uitverkiezing, het was Gods soevereine genade dat Hij God uitverkoos, terwijl hij met zijn voorouders de afgoden diende. In Isaac zien we meer het zoonschap, Isaac heeft, als zoon, alles ontvangen, hij hoefde daar niets voor te doen. Jacob spreekt ons van Gods tuchtiging. Jacob ging zijn eigen weg en God tuchtigde hem net zo lang tot Hij met Jacob tot Zijn doel was gekomen. Het is zo mooi te lezen, dat God de eigenwijze Jacob, die alles zelf wel wilde regelen, zo heeft veranderd dat er staat geschreven dat hij God heeft aanbeden, leunende op het uiteinde van zijn staf, Hebr. 11:21. In Jozef komt het lijden duidelijk naar voren. Jozef die verworpen werd door zijn broeders (type van Israel) en Potifar (type van de heidenen) moest lijden vóór hij werd verhoogd. Daarbij was het lijden terwijl hij Gods wil wilde doen, dus niet omdat hij zondigde.

Deze vier aartsvaders symboliseren ons het leven van een christen, we zijn, in Christus, uitverkoren. We hebben dit nergens aan verdiend, we waren immers dood in zonde en misdaden. God betoonde ons Zijn genade en Hij heeft ons tot zonen bestemd. In Hem zijn we gezegend met alle geestelijke zegeningen. We hebben hier niets voor hoeven doen. Hij tuchtigt ons als een liefhebbend Vader en Hij doet dit omdat Hij een plan met ons leven heeft. Hij wil ons ook zo ver brengen dat we Hem gaan aanbidden (danken voor wat we hebben ontvangen in de Here Jezus). Hij wil zo graag dat we Hem in alles op de eerste plaats stellen in ons leven. En tot slot moeten wij in ons christenleven via lijden naar de heerlijkheid. We willen liever geen lijden, maar dat is wel wat hij ons heeft beloofd:” in de wereld lijdt gij verdrukking”. Paulus had een doorn in het vlees, Jacobus vindt dat we het voor vreugde moeten houden als we in verzoekingen vallen. De Here Jezus Zelf ging via (terwijl Hij onschuldig was, vgl. Jozef) lijden naar de heerlijkheid, zou het in ons leven anders gaan? (Luc. 9:23)

In de derde plaats is Genesis een bijzonder boek, omdat het, en dat hangt samen met het voorgaande, een inleiding is op de hele Bijbel. We vinden principes in Genesis die later in de Bijbel worden uitgewerkt. Nadat de schepping is voltooid lezen we over een aantal individuele personen, vervolgens, vanaf de aartsvaders, gaat het om het collectief, Israel. God heeft plannen met individuen, zoals u en ik, maar ook met Zijn volk Israel en de gemeente welke op de Pinksterdag is ontstaan! Het is ook heel bijzonder, dat het boek begint met de schepping en eindigt met de periode waarin Jozef regeert en de hele aarde gezegend wordt, omdat Jozef regeert.

Gods heilsplan wordt vanaf de schepping door Hem volvoerd en zal eindigen als Hij alles en in allen zal zijn, Als Hij daadwerkelijk Heer zal zijn en wij voor eeuwig mogen genieten van Zijn zegenrijke regering.

“O diepte van rijkdom, van wijsheid en van kennis Gods, hoe ondoorgrondelijk zijn Zijn beschikkingen en hoe onnaspeurlijk zijn wegen!” Rom. 11:33