En terwijl zij van de berg afdaalden

En terwijl zij van de berg afdaalden Marcus 9 vers 9

Petrus, Jacobus en Johannes waren samen met de Here Jezus op de berg geweest. Ze hadden gezien hoe Zijn gedaante veranderde. Het gezicht van de Heer straalde zoals de zon, Zijn kleren werden wit als het licht. Ook hadden ze Mozes en Elia gezien en ze hadden de stem gehoord, die zei: 'Deze is Mijn Zoon, de Geliefde, in Wie Ik mijn welbehagen heb; hoort naar Hem'. De drie discipelen waren zo onder de indruk van wat ze zagen en hoorden, dat ze zich plat op de grond lieten vallen. Dit zijn momenten geweest, die ze nooit meer zouden vergeten. Petrus verwijst er naar in zijn 2e brief hoofdstuk 1 vers 16/18.

Als we ons deze geschiedenis proberen voor te stellen, dan kan het niet anders zijn dan dat dit een geweldige ervaring van de nabijheid van de verheerlijkte Heer geweest is. De discipelen hebben als het ware een blik in de hemel en in de toekomst mogen werpen. Petrus, Jacobus en Johannes hebben de verheerlijkte Heer gezien, ze hebben de stem van God de Vader gehoord en hun hart is aangeraakt en in 'vlam gezet' door deze geweldige ervaring. We zeggen wel eens: aan alle goede dingen komt een einde. Zo is het ook in deze geschiedenis. Na deze fantastische momenten met de Here Jezus op de berg dalen de Here Jezus en de drie discipelen van de berg af. Helaas er is een einde gekomen aan de bijzondere tijd van gemeenschap met Hem. Maar gelukkig, ook al dalen ze af, de Here Jezus gaat met hen mee en ook als ze weer beneden zijn bij de andere discipelen is Hij nog bij hen.

Zo kan het ook wel eens gaan in ons eigen leven. Er kunnen momenten zijn dat we de Here Jezus heel persoonlijk tot ons horen spreken, dat we Hem zien met ons 'geestelijke' oog en dat we ervaren, dat Hij met ons is. Dit is geweldig, te merken, dat Hij h''l dichtbij is, dat Hij een diepe rust en vrede geeft. Dit kunnen momenten zijn van een intense ervaring van de nabijheid van de Heer. Het is echter meestal zo, dat dit niet een blijvende situatie is, vaak worden we na dergelijke ervaringen al weer snel geconfronteerd met de harde werkelijkheid en dus de zorgen van elke dag.

Maar gelukkig, net zoals in de geschiedenis van de verheerlijking op de berg, ook al is zo'n bijzondere ervaring voorbij, de Here Jezus is nog wel bij ons. Net zoals toen de discipelen afdaalden van de berg. Dat is iets wat ik zo ontzettend fijn vind, namelijk dat de Heer altijd bij ons is, ook al ervaren we Hem niet altijd, toch is Hij er! Dat blijkt uit deze geschiedenis, maar dit wordt ook op veel plaatsen bevestigd, zoals in Matth. 28:20 waar staat: 'En zie, Ik ben met u al de dagen tot aan de voleinding der wereld'. Of denk eens aan de naam Immanuel, dat betekent: 'God met ons'. 'De Here is nabij. Weest in geen ding bezorgd' zo staat het in Fillippenzen 4 vers 5. En op nog veel meer andere plaatsen in Gods Woord heeft God ons beloftes gedaan dat Hij altijd en in alle situaties van het leven van Zijn kinderen nabij is.

Dit zelfde komen we ook tegen in de bekende Psalm 23, waar staat: 'Zelfs al ga ik door een dal van diepe duisternis, ik vrees geen kwaad want Gij zijt bij mij'. Elke christen krijgt te maken met zorgen, verdriet, moeite en pijn. De Here Jezus heeft Zelf gezegd: In de wereld lijdt gij verdrukking'. En Paulus schrijft: 'Trouwens, allen, die in Christus Jezus godvruchtig willen leven, zullen vervolgd worden' (2 Tim.3:12). Hier moeten we dus maar rekening mee houden, maar tegelijkertijd hebben we Gods belofte dat Hij met ons is.

Het is geweldig te mogen weten dat Hij altijd bij ons is. En weet u waar we dat aan te danken hebben? Dan moeten we terug gaan naar het offer op Golgotha. Teruggaan naar de plaats waar Hij uitriep: 'Mijn God, mijn God, waarom hebt Gij Mij verlaten'. Omdat de Here Jezus voor ons verlaten is geweest van Zijn God en Vader, mogen

wij er zeker van Zijn, dat Hij 'ns nooit, nee nooit meer zal verlaten. Hij heeft door Zijn volmaakte offer alles wat scheiding bracht tussen God en ons volkomen weggedaan. Door Zijn offer zijn wij, die zo veraf waren van God die heilig is, zo enorm dichtbij Hem gebracht. We mogen Hem nu onze Vader noemen, een Vader, die ons nooit meer zal verlaten. Aardse vaders kunnen soms hun kinderen verlaten, maar Hij is een volmaakte Vader, die altijd met ons zal zijn.

Wat een God, die mij zo lief heeft en mij zo nabij is, in alle situaties van het leven!