dienen 2

Here, wat moet ik doen?

In het vorige artikel hebben we stilgestaan bij de motivatie van Paulus om God te dienen. Hij was op de weg naar Damascus tot in het diepst van zijn hart geraakt door de ontmoeting met de levende Heer. De eerste vraag die hij toen stelde was 'Wie zijt Gij, Here?' Deze ontmoeting met Christus heeft Paulus totaal veranderd, Hij heeft Christus lief gekregen boven alles en had nog maar ''n verlangen, nl. Hem verkondigen.

In dit artikel willen we opnieuw naar Paulus kijken als voorbeeld voor ons. Paulus stelde twee vragen toen Hij de Heer ontmoette, de tweede vraag was: 'Here, wat moet ik doen?'. Deze vraag had hij nooit gesteld v''rdat hij de Here ontmoette. Nu hij de Heer persoonlijk had leren kennen kwam deze vraag bij hem op.

Van nature zijn we zondaren, daar is de Bijbel duidelijk over. Paulus was dus voor zijn bekering ook een zondaar. Zondaren hebben niet het verlangen de Heer te dienen. (Rom. 8:5 NBV: 'Wie zich door zijn eigen natuur laat leiden is gericht op wat hij zelf wil, maar wie zich laat leiden door de Geest is gericht op wat de Geest wil'). Integendeel, zondaren doen wat hen zelf goeddunkt, zonder rekening met God te houden. Toen Paulus tot geloof kwam ontving hij Gods Heilige Geest (Hand. 9:17) en de Geest begon direct Zijn werk in Paulus, als gevolg daarvan stelde Paulus de vraag: 'Here, wat moet ik doen?'.

Het is prachtig om te lezen dat Paulus de vraag begint met 'Here'. Hij geeft hiermee aan dat Christus Heer is in Zijn (verdere) leven. Hij laat hier ook mee zien, dat hij niet meer zijn eigen verlangens wilde doen, maar dat hij zich wilde stellen onder de leiding en het gezag van Christus.

Deze gezindheid in het leven van Paulus vinden we ook heel duidelijk in Fil. 3:2/16. Paulus somt in dit gedeelte allerlei redenen op die het zouden rechtvaardigen om op zijn afkomst of zoals hij dat noemt 'op vlees' te vertrouwen. Paulus verwierp alles radicaal, hij achtte het zelfs schade. Hij wilde nog maar ''n ding en dat was Christus beter leren kennen. Dat ook dit het doel van ons leven mag zijn Hem (beter) te leren kennen.

Hem dienen door de Geest

Het spreekt van Gods voorzienigheid dat Hij ons, die van nature onbekwaam tot ook maar iets goeds zijn, Zijn Heilige Geest heeft gegeven zodat we Hem kunnen dienen. Dat is ook wat staat in Fil 3:3 'die door de Geest Gods Hem dienen'. In de eerste plaats heeft God ons door Zijn Heilige Geest wedergeboren doen worden. Hij ziet ons alsof we met Christus zijn gestorven en opgestaan in een nieuw volmaakt leven 'n Hij heeft ons Zijn Geest gegeven (Ef. 1:13), zodat we Hem door de Geest kunnen dienen op een wijze die Hem welgevallig is.

Here, wat moet ik doen?

Het was het verlangen van Paulus geworden de wil van God te doen en niet meer zijn eigen wil. Paulus gaf zijn leven aan God om te getuigen van datgene wat Hij gezien en gehoord had op de weg naar Damascus, Hand. 22:15/16.

De eerste stap in gehoorzaamheid van Paulus was dat hij zich liet dopen (Hand. 22:16), daarna ging hij op reis en kwam in Jeruzalem. Damascus was zijn oorspronkelijke doel, maar hij keerde letterlijk om en ging voortaan de weg die de Here van Hem vroeg. Op deze weg van gehoorzaamheid werd hij gezegend, we lezen dat hij in Jeruzalem in 'zinsverrukking' (Grieks: ekstasis, hierin zien we ons woord extase) geraakte. Hij raakte in vervoering, grote verbazing. Hij had een bijzondere emotionele ervaring terwijl hij in de tempel was en God aanbad.

En hoe staat het in uw/jouw en mijn leven? Is het ook ons verlangen, nadat we de Here persoonlijk hebben leren kennen, om van Hem te getuigen en de weg te gaan die Hij van ons vraagt? Dat hoeft niet op dezelfde wijze te gaan als het met Paulus ging, maar wat God wel van ons vraagt, net als van Paulus, is dat wij bereid zijn om Hem te gehoorzamen en Zijn wil te doen op de plaats waar we gesteld zijn.

Dat ook wij de vraag van Paulus steeds weer zullen stellen: ' Here, wat moet 'k doen?'.